Gele Morgenster (Tragopogon Porrifolius)

De Gele morgenster (Tragopogon porrifolius) is een slanke, wilde bloem met zonnige, stervormige bloemen die ’s ochtends open en later op de dag sluiten. Deze inheemse plant brengt een zachte, natuurlijke uitstraling in borders en bloemenweides en trekt bijen en andere bestuivers aan. Bovendien heeft ze een bijzondere zaadpluis, net als een grote paardenbloem, die ook in de nazomer nog sierwaarde heeft.

Inhoud: 1 gram

Zaaien:
Zaai van maart tot mei of in het najaar (september–oktober) direct op de plek van bestemming. Zaai op ca. 1 cm diepte in goed doorlatende, niet te rijke grond. De planten houden van zon en open plekken. Houd de grond licht vochtig tot de kieming (10–20 dagen). De morgenster zaait zich gemakkelijk uit en keert jaarlijks terug.

Bloei: mei–juli
Hoogte: ca. 50–100 cm
Bijzonder: inheems, geliefd bij bijen, en ook geschikt voor natuurlijke bloemenweides